Leafde
Het is vroeg. Heel vroeg. Het geluid van een merelman vertelt dat hij zelf nog niet zeker weet of hij wel wakker is. De mensen verzamelen zich in het donker op het kerkhof voor de Redbadtsjerke rond het vuur dat oplaait vanuit een zacht wiegende ijzeren schaal. Het licht van het vuur weerkaatst van een donkere en glanzende grafsteen zo’n zes meter verderop. In die weerkaatsing is een deel van de gravure op de zerk zichtbaar. Slechts één woord is duidelijk leesbaar: “leafde” raakt me diep vanuit de heldere schittering van het weerspiegelde vlammenspel.
Sinds woensdag ben ik terug in Weidum waar deze geschiedenis eind mei 2018 begon. Ik logeer op de zolder boven de garage van de voormalige huisarts, dokter Lukkes en zijn vrouw. Daar is het sober en stil. Uitermate geschikt om lezend, biddend, lerend me deze laatste paar dagen voor Peaske 2019 te bezinnen op de stap die ik de Paaszondag ga zetten: belijdenis en doop.
Een zen-vriendinnetje had me eerder eens gevraagd: “Voel je je eigenlijk nog Unsui, zenmonnik?” Dat is in de rest van het proces een belangrijke vraag gebleven, die ik lang met me mee heb gedragen. Intuïtief wist ik “Ja, jazeker!” alleen kreeg ik het niet onder woorden hoe dan. Nu in Weidum en Jorwert, meedeinend op het kleasterritme deze geladen dagen van de stille week, kreeg ik vat op die samenhang tussen het boeddhisme en het christendom in mij. Begon ik te begrijpen waarom ik er op stond om gedoopt te worden als Barbara Jikai de Zoete, Jikai – mijn monniksnaam – hoort bij mij. Ik ben óok Jikai.
Zen kreeg mijn diepste herwaardering tijdens een doodstille meditatie in de vroege ochtend van Goede Vrijdag. Zen als vlijmscherp precisie-instrument om jezelf te fileren tot op het bot en alle potentie die er in je zit, tot volle wasdom te brengen. Om mijn naam Jikai, Oceaan van Compassie, serieus uit te mogen leven, heb ik zen en meditatie hard nodig. Het boeddhisme kent twee lenzen, enerzijds die van compassie en anderzijds die van wijsheid om door heen te kijken naar jezelf en naar de wereld. Ze hebben hun focus op het hier en nu en op betekenisvol handelen. Vooral ook het vergeten van het zelf, voor zover dat slechts is opgebouwd uit herinneringen, voorkeuren, afkeren en verwachtingen, gaat heel goed samen met de christelijke noties rond liefde, eenheid met iedereen, en van daaruit, zonder aarzelen handelen. Ze versterken elkaar, het christendom en het boeddhisme. Het is of ik het boek dat ik op aanraden van Reinier als eerste las acht maanden geleden, Zonder Boeddha kan ik geen christen zijn – Paul Knitter, nu pas en zeer plotseling begrijp.
De christelijke liefde heeft zich niet onbetuigd gelaten de afgelopen tijd. Vol verwondering nam ik waar hoe stevig en liefdevol de gemeenschap zich beweegt. Begaan met elkaar, zorgend voor elkaar, en voor mensen buiten eigen kring. Er echt zijn voor de ander. Mensen die op hun fiets van alles rondbrengen door het hele dorp heen. Mensen die elkaar opzoeken in tijden van feest en van nood. Mensen die diep met elkaar kunnen spreken en oprecht met elkaar kunnen lachen. Vrienden. Broers, zussen eerder nog. Hoe bij een moment van onenigheid iemand bedachtzaam zegt “Daar kom ik op terug. Ik wil eerst kijken naar mijn eigen rol hierin.” Ik rolde zowat om van verbazing en viel stom terwijl ik net nog boos was. Ik denk niet dat ik eerder zo’n volwassen en compassievolle reactie van iemand heb meegemaakt. Mensen die mij onvermoeibaar in de rondte reden door het prachtige, maar wel wat grote en ruime Friese landschap. Liefdevol.
Leafde. De rode draden door beide religies heen, die in mij zich beginnen te vervlechten. Een zelfloze liefde, zonder jezelf te veronachtzamen. Een liefde die je laat uitgaan in de wereld om te doen wat je kunt doen. Een liefde die moet stromen. Wanneer Reinier mij een plens water over het hoofd kiept, stroomt de liefde mee via mijn nek naar mijn rug, via mijn hals naar mijn hart. Ik hoor allang niet meer wat hij zegt. Bij de zegen raakt de opgelegde hand rechtstreeks aan mijn ziel en ik beef. Nog steeds doof voor de woorden. Warm en overstromend van zielsgeluk en dankbaarheid. Badend in de liefde aanwezig in die prachtige Redbadtsjerke. Liefde die als het gezang van de leeuwerik door mijn wezen danst, klaar om uit te breken en de wereld in te gaan.
“Nu begint het pas.”
Persoonlijke credo:
Ik geloof…
… in de ene God, de eeuwige Vader, de Zoon die God is én mens is, en de Geest;
… in de kracht en wijsheid van het Woord, en van de traditie, en van de gemeenschap;
… dat de levende God ons aanraakt en zo uitnodigt om het goede te doen, dat Hij zo ook mij in Zijn schepping betrekt, en dat ik daarbij de eigendom van mijn daden behoud, omdat ik handel uit vrije wil
… dat ik steeds opnieuw en onvoorwaardelijk mijn toevlucht tot God mag nemen en dat het wederzijds goed is dat te doen;
… dat God mij kent en ik Hem sowieso dierbaar ben, dat Hij mijn hele leven aangaat, en dat Hij mij dwars door de dood heen zal blijven kennen en liefhebben.
Credits: eerder gepubliceerd op 20 april 2019 op de site van Nijkleaster